Het VK staat op het punt het eerste land ter wereld te worden dat CO₂-verwijdering formeel opneemt in een gereguleerde emissiemarkt. Dit markeert een belangrijke koerswijziging in het milieubeleid die de economie van de CO₂-markt ingrijpend kan veranderen. Tegen 2029 komen CO₂-certificaten voor verwijdering in aanmerking binnen het Britse Emissions Trading Scheme (ETS).
Een Britse man houdt biochar in zijn hand, met een weelderig Brits bos op de achtergrond. Afbeelding gegenereerd door AI.
Met deze stap krijgt een sector die tot nu toe vooral afhankelijk was van vrijwillige markten en voorlopers zoals Stripe, Shopify en Microsoft eindelijk beleidsmatige steun. Terwijl de wereldwijde vrijwillige CO₂-markt ongeveer 2 miljard dollar bedraagt, zijn de verplichte markten vele malen groter, met een waarde van meer dan 800 miljard dollar. Het Britse ETS alleen al reguleert ongeveer 111 miljoen ton uitstoot per jaar. Zelfs een bescheiden opname van 1% CO₂-verwijdering kan een jaarlijkse vraag van 53 miljoen dollar creëren naar hoogwaardige CO₂-certificaten voor verwijdering.
De overheid heeft bevestigd dat wetgeving in 2028 gereed zal zijn, zodat markttoetreding tegen eind 2029 mogelijk wordt. Deze planning zoekt een balans tussen de noodzaak van robuuste standaarden en infrastructuur en de urgentie om nu al duidelijke investeringssignalen af te geven. 'Het is geen vergunning om te vervuilen, maar een instrument om emissies die niet kunnen worden teruggedrongen te neutraliseren', aldus de overheid.
Om in aanmerking te komen, moeten CO₂-verwijderingen aan strenge criteria voldoen: ze moeten op Britse bodem worden uitgevoerd, pas worden geverifieerd nadat de CO₂ veilig is opgeslagen en een blijvend effect aantonen van minimaal 200 jaar. Deze focus op langdurige opslag sluit natuurprojecten die kwetsbaar zijn voor omkering, zoals herbebossing, grotendeels uit en bevoordeelt technologische verwijderingsmethoden zoals geologische opslag en stabiele biochar.
Daarnaast overweegt de overheid een tweelagensysteem om vermeden emissies en CO₂-verwijdering te onderscheiden. Dit kan leiden tot aparte prijzen en behandeling binnen dezelfde markt: de ene voor emissiereducties, de andere voor daadwerkelijke verwijdering uit de atmosfeer.
Veilingen zullen transacties vergemakkelijken en een gestructureerd alternatief bieden voor de huidige gefragmenteerde bilaterale deals. Het totale emissieplafond blijft ongewijzigd, waardoor verwijdering als neutralisator dient en niet als compensatie voor nieuwe emissies.
De beleidswijziging wordt verwacht een impuls te geven aan de opkomende CO₂-verwijderingssector in het VK. Startups zoals UNDO, dat basalt gebruikt om natuurlijke verwering te versnellen, en Mission Zero Technologies, dat modulaire direct air capture-installaties ontwikkelt, krijgen hiermee een inkomstenkanaal via verplichte vraag in plaats van alleen filantropische steun.
Nu wereldwijde ambities voor klimaatneutraliteit vorm krijgen, biedt de beslissing van het VK een blauwdruk om veelbelovende CO₂-verwijderingstechnologieën om te zetten in schaalbare, investeerbare infrastructuur. Het is een eerste stap van zijn soort die de sector voor CO₂-verwijdering kan helpen evolueren van experiment naar onderdeel van de reguliere economie.
Lees meer: CORSIA-certificaten fors duurder bij beperkte participatie van landen
Nu CO₂-verwijdering gereguleerde markten betreedt en duurzaamheid de nieuwe maatstaf wordt voor geloofwaardigheid, verschuift de wereldwijde aandacht naar hoogwaardige oplossingen met meetbare, blijvende impact. Bij DGB Group leveren wij precies dat: natuurprojecten die hoogwaardige CO₂-certificaten genereren en tegelijkertijd cruciale ecosystemen herstellen, biodiversiteit versterken en lokale gemeenschappen ondersteunen. In een landschap dat steeds meer draait om transparantie, duurzaamheid en verifieerbare resultaten, is het belangrijker dan ooit om uw CO₂-reductiestrategie af te stemmen op betrouwbare, op impact gerichte oplossingen. Ontdek hoe u nu kunt bijdragen aan dit volgende hoofdstuk in milieuaanpak.
